Jessy Kramer
Toen Jessy Kramer dertien jaar oud was maakte ze al haar debuut in het eredivisie handbal. Een droomstart voor ieder talent! Inmiddels speelt ze niet meer in Nederland, maar is ze wel boegbeeld van Talentboek!
Hoe oud was je toen je begon?
‘’Ik was 5 jaar toen ik begon met mini-handbal.''
Hoe ben je met jouw sport in aanraking gekomen?
‘’Via mijn familie. Mijn tantes speelden allemaal handbal en zo ook mijn moeder.''
Wat maakt jouw sport zo leuk?
‘’Het is een echte teamsport. Het is een spelletje met veel fysiek contact en het gaat er vaak echt hard aan toe, maar toch is het ook snel en technisch. Er gebeurt een hoop en dat vind ik leuk. Als je daarnaast samen met je team een wedstrijd wint of een goeie prestatie neerzet dan geeft dat een geweldig gevoel.''
Hoe en wanneer ontdekte je dat je talent had?
‘’Toen ik 12 jaar was speelde ik in de B1 van VZV in ’t Veld. Ik mocht toen af en toe al meedoen met de A1. Toen ik 13 jaar was heb ik mijn debuut gemaakt in het eerste team van de club, die speelde destijds op eredivisie niveau. Het was natuurlijk best wel bijzonder dat ik op zo'n jonge leeftijd al mee mocht doen met het eerste team op het hoogste niveau. In de Noord-Holland-Noord selectie mocht ik vaak meedoen met de oudere groep. Daarnaast heb ik twee jaar op de Handbal Academie gezeten, waar de beste handbaltalenten van Nederland naartoe mogen.''
Wat was jouw kracht?
‘’Mijn grootste kracht ligt in de dekking. Aanvallend zoek ik graag de 1 tegen 1 situatie op en ben ik snel en explosief.''
Waarom wil je je inzetten voor Talentboek?
‘’Omdat er weinig subsidies zijn en dat mag niet ten koste gaan van het talent in Nederland. Iedereen moet een kans krijgen om zijn talent te ontwikkelen.''
Welke kosten komen er bij jouw sport kijken?
‘’Reiskosten, contributiekosten, kleding, materiaal en schoenen. Deze kosten kunnen hoog oplopen en dat is vooral lastig voor de jonge talenten die vaak afhankelijk zijn van hun ouders.''
Heb je nog een boodschap voor de talenten in jouw sport?
‘’Probeer het uiterste uit jezelf te halen, talent kan niemand je afnemen en daarin is het heel belangrijk om de juiste keuzes te maken.''
Wat zou je tegen potentiële donateurs willen zeggen?
‘’Niet alle talenten hebben zelf de middelen om naar de top te komen. Donateurs kunnen hen het laatste zetje in de rug geven om zo de Nederlandse sport naar de top te brengen.''